In deze basisstof leer je hoe een vrouw zwanger kan worden.
Een zwangerschap begint wanneer een zaadcel en een eicel samensmelten. Dat heet bevruchting. De bevruchte eicel groeit uit tot een embryo en later tot een baby. De baby groeit in de baarmoeder, waar hij beschermd wordt en voeding krijgt via de placenta (moederkoek).
De bevruchting
Na geslachtsgemeenschap komen miljoenen zaadcellen in de vagina.
Een deel van die zaadcellen bereikt de eileider.
Als er een eicel aanwezig is, kan één zaadcel met de eicel samensmelten.
Dat heet bevruchting.
De bevruchte eicel begint zich te delen: eerst in twee cellen, daarna in vier, acht, enzovoort.
Het embryo en de zwangerschap
Na enkele dagen bereikt het klompje cellen de baarmoeder.
Daar nestelt het zich in het baarmoederslijmvlies.
Het groeit uit tot een embryo.
Na ongeveer acht weken noemen we het geen embryo meer, maar een foetus.
De baby groeit in een vruchtzak gevuld met vruchtwater.
Dat vruchtwater beschermt de baby tegen stoten en uitdroging.
De placenta (moederkoek) zorgt voor de uitwisseling van stoffen:
De navelstreng verbindt de baby met de placenta.
De geboorte
Na ongeveer negen maanden (ongeveer 40 weken) is de baby klaar om geboren te worden.
Tijdens de bevalling trekken de spieren van de baarmoederwand samen.
De baarmoedermond gaat open en de baby wordt naar buiten geduwd.
Na de baby komt ook de placenta (de nageboorte) naar buiten.
Vraag: Waar vindt de bevruchting meestal plaats?
Antwoord: In de eileider.
Vraag: Wat is de functie van de placenta?
Antwoord: De placenta zorgt voor uitwisseling van zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen tussen moeder en kind.
Vraag: Hoe heet het kind in de eerste acht weken na de bevruchting?
Antwoord: Embryo.
Vraag: Wat beschermt de baby in de baarmoeder?
Antwoord: De vruchtzak met vruchtwater.
Vraag: Wat gebeurt er tijdens de bevalling?
Antwoord: De baarmoeder trekt samen en de baby wordt geboren.
Bron(nen): Biologie voor Jou 3A – Thema 2 Voortplanting en seksualiteit, Basisstof 4 Zwanger worden oai_citation:0‡BBL-3a-thema 1-organen en cellen.docx