biologie

Thema 1 Inleiding in de biologie

Basisstof 4 Organellen

Samenvatting

In deze basisstof leer je wat organellen zijn en welke functies ze hebben in een cel. Organellen zijn kleine structuren in het cytoplasma die ieder een eigen taak uitvoeren. Door de samenwerking van organellen kan een cel goed functioneren. Zonder organellen zou een cel niet in staat zijn om energie op te wekken, stoffen te maken of af te breken, of erfelijke informatie door te geven.

Lesdoelen

Lesinhoud

Belangrijke organellen en hun functies:

Elke organel draagt bij aan het functioneren van de cel als geheel. Bijvoorbeeld: mitochondriën leveren energie die nodig is voor transport door het cytoskelet en voor de werking van ribosomen.

Praktische toepassingen

Controlevragen en antwoorden

  1. Vraag: Wat is de functie van ribosomen?
    Antwoord: Het maken van eiwitten.

  2. Vraag: Welke organellen werken samen bij het maken en vervoeren van eiwitten?
    Antwoord: Ribosomen, endoplasmatisch reticulum en Golgisysteem.

  3. Vraag: Waar vindt de energieproductie plaats in de cel?
    Antwoord: In de mitochondriën.

  4. Vraag: Welke organellen zorgen voor afbraak van stoffen?
    Antwoord: Lysosomen.

  5. Vraag: Noem twee organellen die alleen in plantaardige cellen voorkomen.
    Antwoord: Chloroplasten en de grote centrale vacuole.


Bron: Biologie voor Jou – 4 havo deel A oai_citation:1‡BVJ_H_4A_Boek.docx